De onderneming verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van uw ICT systemen gaat failliet. De curator wil pas na betaling uw wachtwoorden vrijgeven. Mag dat?
Een internationale handelsonderneming, die sterk afhankelijk is van elektronische communicatie, heeft alle apparatuur, waaronder routers, in eigendom. De apparatuur staat op haar kantoor opgesteld, maar beheer en onderhoud vindt remote plaats door een daar in gespecialiseerde onderneming. Dat ging goed, tot de onderneming die het beheer verzorgde failliet ging. De door de rechtbank benoemde curator wilde de wachtwoorden pas na betaling van een geldbedrag vrijgeven.
Op grond waarvan de curator in dit geval betaling meende te kunnen afdwingen voor het afgeven van wachtwoorden, was niet duidelijk. Het betrof immers slechts een middel waarmee toegang tot systemen kan worden verkregen waarvan de eigendom niet in de failliete boedel viel, maar bij gebruiker berustte.
De betreffende curator speelde wellicht in op het feit dat het nemen van rechtsmaatregelen tegen een curator relatief hoge kosten met zich brengt en veel ondernemers eieren voor hun geld kiezen en dan maar liever een regeling met de curator treffen.
Van onze zijde is de curator op het bestaan van art. 317 lid 2 van het Wetboek van Strafrecht gewezen. Dit artikel komt er op neer dat het wederrechtelijk voordeel afdwingen met behulp van de dreiging om toegang tot geautomatiseerd opgeslagen gegevens onmogelijk te maken met negen jaar gevangenisstraf kan worden bestraft. De curator heeft de wachtwoorden alsnog vrijgegeven.
Les is wel dat het verstandig is ook zelf toegang tot de eigen systemen te behouden.