Eind november deed het Europese Hof van Justitie uitspraak in het geding tussen SABAM (de Belgische BUMA STEMRA) en Scarlet (een Belgische internetprovider). De uitspraak was dat het stelselmatig filteren van internetverkeer om zo auteursrechtinbreuken tegen te gaan, een disproportionele inbreuk opleverde op fundamentele rechten zoals de vrijheid van ondernemerschap en het recht op privacy van gebruikers.
Via het internet komt het veel voor dat inbreuken worden gemaakt op auteursrechten. Dit gebeurt veelal door eindgebruikers van internetproviders via peer-to-peer software. SABAM, belangenbehartiger van auteursrechthebbende in onder andere de muziekindustrie, ziet internetproviders als partijen die in de beste positie zijn om hier tegen op te treden. De rechter was het daar in eerste instantie mee eens en legde een maatregel op die inhield dat Scarlet internetverkeer moest filteren om inbreuken op het auteursrecht van SABAM te voorkomen.
Uiteindelijk kwam de zaak bij het Europese Hof van Justitie (het Hof) en die oordeelde dat de opgelegde maatregel niet in lijn was met het Unierecht, vooral omdat de e-commerce richtlijn een expliciet verbod bevat over het stelselmatig toezicht houden op internetverkeer. Daarnaast maakte de maatregel een disproportionele inbreuk op fundamentele rechten zoals de vrijheid van ondernemerschap en het recht op privacy.
De uitspraak is interessant voor alle ‘dienstverleners’ (natuurlijke of rechtspersonen die ene dienst van de informatiemaatschappij levert) van de e-commercerichtlijn, waaronder internetproviders. Soortgelijke discussies voor bijvoorbeeld leveranciers van online opslagruimte kunnen op een soortgelijke wijze worden beantwoord.
Heeft u vragen over de SABAM-Scarlet-zaak dan kunt u contact opnemen met Myrthe Herwig.