Over het parlementair onderzoek naar ICT-projecten bij de overheid

Afgelopen vrijdag hield de parlementaire werkgroep ICT-projecten bij de overheid een tweetal expertbijeenkomsten over ICT-projecten bij de overheid. Het belangrijkste doel hiervan was toetsing van het onderzoeksvoorstel voor het parlementair onderzoek naar ICT-projecten bij de overheid. Zelf had ik de eer om uitgenodigd te zijn voor de ochtendsessie om toelichting te kunnen geven op mijn schriftelijke commentaar op het concept-onderzoeksvoorstel zoals vooraf verspreid.

Uiteraard is het bijna onmogelijk om een onderzoeksvoorstel uitsluitend in termen van onderzoeksvragen te bespreken, dus ging men tijdens beide sessies ook in op meer inhoudelijke aspecten van ICT-projecten bij de overheid. Opvallend  daarbij was dat zowel de panelleden die gevraagd waren om hun kijk te geven over sturing en aanbestedingen als de leden van het middagpanel wat meer op privacy en beveiliging gericht waren eigenlijk unaniem van mening waren dat ICT binnen de overheid te vaak puur automatisering is in plaats van informatisering. Kennis van ICT en dan niet zozeer technische kennis maar kennis over de besturing van ICT werd ook vrijwel unaniem als knelpunt genoemd.

Met betrekking tot het aanbesteden van ICT-projecten wil ik daarbij nog nuanceren wat op Nu.nl werd bericht gebrek aan kennis bij inkopers is inderdaad een probleem, maar niet het enige of het grootste probleem. Een meer fundamenteel probleem is het onvermogen van veel organisaties in de publieke sector om bestaande processen los te laten of zelfs maar te harmoniseren (en dus de eigen organisatie te veranderen) waardoor veel  ICT-projecten al voordat ze aanbesteed zijn in feite gedoemd zijn te mislukken. Wat dat betreft ben ik het dan ook oneens met medepanellid Carolien Schönfeld  dat het relatief slechte imago van de publieke sector op ICT-terrein vooral komt door de relatief grote media-aandacht voor ICT-problemen in die sector.

Ook grote bureaucratieën buiten de publieke sector doen het relatief beter omdat het vermogen om keuzes te maken beter ontwikkeld is. Daar waar overeenkomsten zijn, zijn er minstens zo grote overeenkomsten met betrekking tot onduidelijkheid over de werkelijke kosten van diensten van de organisatie en/of de ICT die de organisatie ondersteunt. In dat opzicht lijkt de overheid wel op de financiële sector die niet geheel toevallig ook relatief grote uitglijders maakt op het gebied van ICT-projecten. Tevens heb ik reserves bij de pleidooien die gevoerd werden voor zogenaamde “Private Public Partnerships” (PPS). Voor een partnerschap is een zekere mate van gelijkwaardigheid én gemeenschappelijkheid van belangen noodzakelijk. Van geen van beide voorwaarden  is het op korte termijn voorzienbaar dat die vervuld worden en daarom lijkt het mij vooralsnog geen redmiddel voor de bestaande problemen.

Geheel terecht werden de kamerleden er door Arre Zuurmond op gewezen dat de politiek eveneens een grote rol speelt door met soms onuitvoerbare opdrachten te komen. En wat mij betreft is dat ook de ultieme kern van het probleem: het ontbreken van goed opdrachtgeverschap, zowel van de politiek, de beleidsmakers, proceseigenaren en inkopers. En laten we niet vergeten dat ICT-projecten bij de overheid onderzoeken één ding is, er zal ook daadwerkelijk iets moeten veranderen wil de situatie verbeteren. Ook daar heeft de politiek een taak.

Andere panelleden die hun bijdragen online gepubliceerd hebben zijn:

Kamerstukken:

  • Kst. 33326 – Brief van het presidium
  • Kst. 33326 – Verslag van een expertmeeting
  • Beschrijvend document voor de Openbare Europese Aanbesteding

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.